gastcolumn in de Volkskrant julia wouters
Het is allemaal veel te afstandelijk en rationeel op het Binnenhof. Neem een voorbeeld aan de Nieuw-Zeelandse premier Jacinda Ardern, stelt gastcolumnist Julia Wouters.
Een paar maanden geleden opende The New York Times een telefoonlijn. Ze vroegen lezers met kinderen daar te vertellen hoe het is om ouder te zijn in de coronapandemie.
Ouders belden vanaf het toilet, of zittend op de bodem van een kledingkast, om hun kroost te ontvluchten. Ze lieten hun emoties de vrije loop. Een groot gedeelte van de boodschappen die de bellers inspraken, bestaat uit ijzingwekkend geschreeuw. De bellers waren niet bij machte om hun frustraties, stress en wanhoop in woorden en coherente volzinnen te vatten.
Voor mij staan deze ouders symbool voor de angstige en emotionele tijden waarin we leven.
We hebben ons het afgelopen jaar telkens weer moeten aanpassen en niemand kan ons vertellen hoe lang de situatie nog gaat duren. We weten niet wat in de toekomst de effecten van de pandemie zullen zijn op ons leven en dat maakt ons bang en boos.
We kunnen ons het ene moment gedeprimeerd voelen en het volgende moment juist uitzinnig genieten van iets simpels als weer op een terras mogen zitten met een drankje, en de zon op onze snoet.
Ook in de politiek lopen de emoties hoog op. Maar de woede en verontwaardiging die we in de debatten zien, ontberen empathie voor de gevoelens van ons gewone burgers.
Ergens heeft het idee postgevat dat een serieus politicus rationeel en afstandelijk moet zijn.
Terwijl mensen zich zorgen maken over hun inkomen, hun (levens)werk, hun kinderen en hun geliefden, hun beknotte vrijheden en huidhonger, spreken onze politici over stappenplannen en routekaarten. Over de economie, het bedrijfsleven, de zorg en de onderwijsachterstanden. Aan de angst, de frustratie, de eenzaamheid, de wanhoop, besteden ze geen woorden.
Af en toe lezen ze een zin op die bedoeld is als warm, maar die niet uit hun hart komt, maar uit de pen van hun voorlichter. Hebben ze dan geen eigen ervaringen? Hoe gaat het met hun kinderen en ouders, met hun familie en vrienden?
Het lijkt wel of politici zichzelf opdragen zich los te koppelen van hun gevoelsleven.
Des te pijnlijker is het dat wanneer een politicus emoties toont, het meestal gaat over zijn of haar eigen lot. Deze week was dat demissionair minister Wouter Koolmees die aan tafel bij Op1 zei te zijn geëmotioneerd door de in zijn ogen onterechte kritiek op hem en zijn collega’s. ‘We krijgen het verwijt de oplossing actief te hebben tegengewerkt, en dat is niet waar. Daar ben ik best geëmotioneerd over.’ Het is niet verwonderlijk dat de slachtoffers op hun beurt weinig compassie voor hem konden opbrengen.
De populistische partijen slagen er als enige in woorden te geven aan onze emoties. Ze kanaliseren de woede en verontwaardiging. Hoewel dat oplucht, biedt het ons niet de troost waar we naar hunkeren. Het voedt onze onvrede en het cynisme. En daarmee groeit het wantrouwen en de teleurstelling die we voelen over een overheid die er niet voor ons is. Dat is een risico voor onze democratie.
Want ondanks steunpakketten en actieplannen en vaccinatiestraten, ondanks de enorme hoeveelheden geld die worden uitgetrokken, blijven we zitten met dat lege gevoel. Het ontbreekt aan iemand die met een hoopvol verhaal onze emoties kan raken. Ons kan optillen en ons vertrouwen geeft dat we gezien en gehoord worden.
Om in de beeldspraak van de ouders te blijven: We krijgen een hardvochtige vader en Kamerleden die reageren als opstandige pubers. Maar wie vertolkt de zachtaardige en zorgzame rol (m/v) van iemand die ons begrijpt en troost?
Als je je daar niets bij kunt voorstellen dan is het de moeite waard eens te kijken naar de manier waarop Jacinda Ardern, de premier van Nieuw-Zeeland dat doet. Ze laat zien hoe zachte kracht eruitziet. Ze praat alsof ze bij je op de bank zit, of ze een vriendin van je is en op warme en optimistische toon je moed inpraat. Ze toont begrip voor mensen die het moeilijk hebben. Ze besteedt veel woorden aan de gevoelens en twijfels van mensen.
Dat werkt helend en geruststellend.
Het is hoog tijd voor politici die weer persoonlijk durven te zijn. Die herkenbaar durven te zijn. Het is hoog tijd voor een politiek die misschien niet altijd overal een antwoord op heeft maar die met ons meeleeft, letterlijk.
Het is hoog tijd dat Den Haag kalmeert. Het is hoog tijd dat er meer ruimte komt voor zachte kracht, voor empathie en emotie.